Drone wetgeving EU
Nieuwe wetgeving per 1-1-2021:
Vanaf 1 januari 2021 gelden Europese regels voor drones. Deze regels gelden in alle landen van de Europese Unie (EU). De verschillende regels tussen landen wordt hierdoor kleiner. Verder wordt er geen onderscheid meer gemaakt tussen recreatief en beroepsmatig vliegen met een drone.
Regels op basis risico en vluchtoperatie:
Een drone vind je in allerlei soorten en maten. Deze grote en kleine drones verschillen in gewicht en daardoor ook in risico. Welk drone je hebt (qua gewicht), de vluchtoperatie en het daarbij behorende risico op een ongeval tijdens de vlucht (of bijvoorbeeld vlakbij mensen), bepalen welke regels er gelden.
In de EU kennen we 3 categorieën:
De categorie ‘open categorie’ zijn vluchten met een laag risico en is de meest voorkomende categorie.
- Drones van max. 25 kilo;
- Vluchten tot max. 120 meter hoogte;
- Drones die niets laten vallen (bijvoorbeeld een pakketje of dergelijke));
- Met direct zicht, ofwel ‘visual line of sight’ (VLOS).
Deze categorie kom je regelmatig tegen in de professionele sector. Dit is de ‘Specifieke categorie’.
- Drones boven de 25 kilo;
- Vluchten hoger dan 120 meter;
- Boven mensen en binnen de bewoonde omgeving;
- In de buurt van luchtvaartterreinen;
- Drones die iets laten vallen (bijvoorbeeld een pakketje);
- Buiten het directe zicht, ofwel ‘beyond visual line of sight’ (BVLOS).
Deze categorie is nog niet gereed. Het Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart (EASA) ontwikkelt nog regels voor deze categorie.
Open categorie
De meeste piloten zullen in de open categorie vallen. Deze categorie is onderverdeeld in 3 subcategorieën: A1/A3 en A2, afhankelijk van wat je met de drone wenst te gaan doen (risico van vlucht) en het gewicht van de drone. Als je buiten de drone regels van deze categorie wilt vliegen, kom je in de Specifieke categorie terecht.
A1 categorie:
Onder deze subcategorie vallen de drones vluchten met de minste risico met drones die weinig risico’s opleveren voor mensen op de grond.
In de A1 categorie is het nooit toegestaan om boven mensenmenigten te vliegen. De drones waarmee in deze categorie gevlogen mag worden mogen niet zwaarder zijn dan 900 gram en bij drones zwaarder dan 250 gram moet je als piloot een online theoriecursus en -examen doen (dezelfde als voor de A3 subcategorie). Daarnaast moet de piloot (of het bedrijf dat de drone inzet) in vrijwel alle gevallen zich registreren.
De drones tot maximaal 4kg vallen onder de A2 subcategorie. Deze drone moeten over een C2 markering beschikken. De drone moet minimaal 30 meter horizontale afstand houden van mensen. Voor drones zonder CE markering is dit 50 meter en geldt een maximaal gewicht van 2 kg (drones zonder Cx markering zullen in de toekomst wel omgezet worden naar A3). Drone met ‘low speed mode’ (met C2 markering), mogen wel mensen naderen met een maximale afstand van 5 meter. In alle gevallen moet de dronepiloot zich registreren en daarnaast dient men naast het theorie examen voor A1 en A3 ook een aanvullend schriftelijk examen te doen. Daarnaast moet de piloot ook kunnen aantonen dat er enige praktijkervaring aanwezig is, maar dit wordt verder niet getoetst.
A3 categorie:
De A3 subcategorie is voor drones tot 25 kg, modelvliegers en FPV racers. In deze categorie zijn de eisen het strengst ten opzichten van het vliegen in de buurt van mensen en bebouwing. In de A3 subcategorie moet je namelijk minimaal 150 meter afstand afhouden van mensen en bebouwing.
C-keurmerk
Vanaf 2023 moeten alle nieuwe drones een CE-label hebben. Dit houdt in dat drone voldoet aan de Europese regelgeving. Daarnaast toont het in welke categorie (A1, A2 of A3) de drone valt en welk examen je moet doen.
Welke klasse (C0, C1, C2, C3 of C4) de drone krijgt, hangt dus af van het gewicht. Voor oude drones, die nog niet beschikken over een CE-label, geldt een overgangsperiode van twee jaar met als einddatum t/m 21 juli 2022. Daarna moeten ze voldoen aan de nieuwe regelgeving. Drones zonder CE label vallen per 31-12-2022 onder de A3 subcategorie, met als uitzondering drones onder de 250 gram.
Europees Dronebewijs
Als je vanaf 2021 in de Open categorie wilt vliegen, is een Europees erkend Dronebewijs verplicht. Voor de subcategorieën A1 en A3 dien je een (online) drone-opleiding en theorie-examen af te leggen. Wil je in subcategorie A2 vliegen, dan komt hier een aanvullend theorie-deel en examen bij. Ook moet je een verklaring indienen dat je de praktische zelfopleiding hebt volbracht. Heb je nog geen praktijk ervaring? Dan helpen we je hier graag bij, neem contact met ons op voor de mogelijkheden.
Heb je jouw examen gehaald? Dan kun je via het RDW je EU dronebewijs aanvragen.
Drone opleidingen
DRONEPILOT BASIC LIGHT
Drone-opleiding voor beginnende particulieren die vliegen met drones binnen de EASA Open-subcategorieën A1/A3.
DRONEPILOT BASIC BASIC
Drone-opleiding voor ervaren particulieren en commerciële gebruikers die vliegen met drones binnen de EASA Open-subcategorieën A1/A2/A3.
Exploitantnummer
Als piloot heb je je vliegbewijs nodig, waarbij DroneHouse u graag mee helpt. Naast dit vliegbewijs dient u uw drone te registeren bij het RDW om een zogenoemde ‘exploitantnummer’ aan te vragen voor je drone. Dit unieke ‘exploitantnummer’ moet zichtbaar op de drone worden geplaatst (bijvoorbeeld middels een plaatje of sticker).
Het unieke exploitantnummer komt terecht in een Europese database zodat je in heel Europa kunt vliegen.